Zakelijke gegevens
Titel: Het leven uit een dag
Titelverklaring: Het leven speelt zich hier af in een
dag.
Auteur: A . F . Th . V . D . Heijden
Druk: 1988
Genre: Fictie
Auteur
A.F. Th. Van der Heijden werd in 1951 in Geldorp geboren,
al vanaf zijn zestiende probeerde hij om zelf boeken te schrijven. Op zijn
twintigste jaar schreef hij zijn eerste echte boek met de naam “Het
bejaardehuis op het dak van de Hemel.” Dit boek is nooit uitgegeven. Hij werd
pas bekend met zijn cuclus van het boek “De tandeloze tijd” in de jaren
tachtig. Zijn debuut boek heet “ Een gondel in de Herengracht” hiervoor kreeg
hij de Anton Wachter prijs.
Twee recensies van gerenommeerde bronnen
De Volkskrant
Het
leven uit een dag
Recensie
Fraaie onderdelen, overdadig geheel
In zijn roman Het leven uit een dag schiep A.F.
Th. van der Heijden een wereld waarin een mensenleven zich voltrekt in één dag,
en elke gebeurtenis eenmalig is. Wanneer twee jonge geliefden zich aan die
universele wet van eenmaligheid willen onttrekken, rest ze slechts één keuze:
een moord plegen en afdalen naar de hel. Die hel is nu eens geen brandend vuur,
maar een bestaan zoals het onze: een wereld waarin elke handeling en
gemoedstoestand zich eindeloos herhaalt, en elk gevoel vanzelf uitdooft.
Het is het filosofisch gedachtenexperiment waarvan je niet snel verwacht dat het een filmer zal verleiden tot een bioscoopbewerking. Want hoe toon je – alleen al – enigszins geloofwaardig dat de hoofdpersonages met de minuut ouder worden?
Dat Mark de Cloe, die tevens het scenario schreef, die eerste hordes als vanzelfsprekend neemt, zonder te hoeven leunen op trucage, bewijst zijn grote talent als filmer. Wanneer het mannelijke hoofdpersonage Benny, die in het eerste deel opgroeit en naar school gaat, in razend tempo vier, vijf keer van gedaante wisselt, vóór acteur Matthijs van de Sande Bakhuyzen instapt, vormt dat geen enkele belemmering.
De Cloe (1969), die naam maakte met zijn Boy Meets Girl Stories-project; 34 prachtige filmpjes over de liefde, en nu debuteert op speelfilmlengte, weet als geen ander hoe je een publiek vanaf de eerste minuut moet betoveren. Zijn cinema is opgetrokken uit een sensueel spel met licht en kleur, vol beeldwisselingen die haarscherp gesneden zijn, op fracties van secondes. Alles ademt romantiek, maar die liefde is ragfijn, nooit klef. Zoals in de barscène waarin Benny zijn Gini (Loïs Dols de Jong) ontmoet – De Cloe tilt de kijker op, gelijk met de elkaar indrinkende personages.
Op school wordt Benny en Gini ingestampt dat hun wederzijdse gevoelens na de liefdesdaad vanzelf verschrompelen, maar daar wil het stel niet op wachten. Een blinde ziener (een wat toneelmatige Tygo Gernandt) verschijnt en biedt uitkomst en een mes. Na de rechtszaak belandt het stel op de elektrische stoel. Iets gaat mis, waardoor Benny eerder dan Gini in de hel arriveert. Vanaf dat moment ontspint Het leven uit een dag zich als een zoektocht, en deelt De Cloe zijn scherm in tweeën op: links de door de stad dwalende Gini, rechts Benny die troost zoekt in lege seks. Dat die splitscreen-constructie werkt, is nog zo’n verdienste van De Cloe.
Maar hoe mooi de losse componenten ook zijn, als geheel is Het leven uit een dag zichtbaar het werk van een debutant – iemand die zich nog niet goed raad weet met de speelfilmlengte. De Cloe lijkt zichzelf, of zijn publiek, niet te vertrouwen. Begrijpen ze dit deel van het verhaal wel? Dan nóg maar eens benadrukken dat alles zich slechts één keer voordoet. Voelen ze hier wel genoeg? Dan wéér die galmende popmuziek waarmee hij alles dichtsmeert. De overdosis aan gestileerd gesmacht slaat gaandeweg dood. En verraadt een filmer die wat al te verliefd is geraakt op zijn eigen film.
Het is het filosofisch gedachtenexperiment waarvan je niet snel verwacht dat het een filmer zal verleiden tot een bioscoopbewerking. Want hoe toon je – alleen al – enigszins geloofwaardig dat de hoofdpersonages met de minuut ouder worden?
Dat Mark de Cloe, die tevens het scenario schreef, die eerste hordes als vanzelfsprekend neemt, zonder te hoeven leunen op trucage, bewijst zijn grote talent als filmer. Wanneer het mannelijke hoofdpersonage Benny, die in het eerste deel opgroeit en naar school gaat, in razend tempo vier, vijf keer van gedaante wisselt, vóór acteur Matthijs van de Sande Bakhuyzen instapt, vormt dat geen enkele belemmering.
De Cloe (1969), die naam maakte met zijn Boy Meets Girl Stories-project; 34 prachtige filmpjes over de liefde, en nu debuteert op speelfilmlengte, weet als geen ander hoe je een publiek vanaf de eerste minuut moet betoveren. Zijn cinema is opgetrokken uit een sensueel spel met licht en kleur, vol beeldwisselingen die haarscherp gesneden zijn, op fracties van secondes. Alles ademt romantiek, maar die liefde is ragfijn, nooit klef. Zoals in de barscène waarin Benny zijn Gini (Loïs Dols de Jong) ontmoet – De Cloe tilt de kijker op, gelijk met de elkaar indrinkende personages.
Op school wordt Benny en Gini ingestampt dat hun wederzijdse gevoelens na de liefdesdaad vanzelf verschrompelen, maar daar wil het stel niet op wachten. Een blinde ziener (een wat toneelmatige Tygo Gernandt) verschijnt en biedt uitkomst en een mes. Na de rechtszaak belandt het stel op de elektrische stoel. Iets gaat mis, waardoor Benny eerder dan Gini in de hel arriveert. Vanaf dat moment ontspint Het leven uit een dag zich als een zoektocht, en deelt De Cloe zijn scherm in tweeën op: links de door de stad dwalende Gini, rechts Benny die troost zoekt in lege seks. Dat die splitscreen-constructie werkt, is nog zo’n verdienste van De Cloe.
Maar hoe mooi de losse componenten ook zijn, als geheel is Het leven uit een dag zichtbaar het werk van een debutant – iemand die zich nog niet goed raad weet met de speelfilmlengte. De Cloe lijkt zichzelf, of zijn publiek, niet te vertrouwen. Begrijpen ze dit deel van het verhaal wel? Dan nóg maar eens benadrukken dat alles zich slechts één keer voordoet. Voelen ze hier wel genoeg? Dan wéér die galmende popmuziek waarmee hij alles dichtsmeert. De overdosis aan gestileerd gesmacht slaat gaandeweg dood. En verraadt een filmer die wat al te verliefd is geraakt op zijn eigen film.
Lees ervaringen
Heijden,
A.F.Th. van der - Het leven uit een dag
Een aardig boek van iemand die zeker het technisch aspect van het schrijven in zijn vingers heeft. Maar verder dan aardig kom ik helaas niet en met de beste wil kan ik het boek dan nog niet goed noemen. Goed is een boek dat mij -op welke wijze dan ook, tenzij negatief- aangrijpt en dat is Het leven uit een dag bij lange na niet gelukt. Vermaakt heeft het mij wel, maar dat doet zelfs de televisie bij tijd en wijle.
Waarom dit nu zo uitpakt? Misschien houdt het verband met het surrealistische karakter van het boek, hoewel sommig surrealisme mij juist wèl ligt. Ik geloof dat ik het surrealisme van Van der Heijden te gezocht vind. Het is hem niet aan komen waaien, maar is net iets te duidelijk bedacht om in een bepaald idee te passen, dat uiteindelijk moet leiden tot een conclusie waarin een zekere levensles besloten ligt. Bij voorbeeld: het leven van de herhaling is een grote straf. Of: het avontuur is elders. Of: religie is relatief. Het doet er eerlijk gezegd voor mij niet toe wat de schrijver nu heeft willen zeggen. Mijn aandacht is al verslapt.
Een andere oorzaak die het boek voor mij doet mislukken is de voorspelbaarheid van de handeling. Het boek verrast nergens, terwijl het daar toch duidelijk op is geschreven. Als Benny eenmaal naar de hel is getransporteerd, duurt het ruim twintig pagina's voordat het slagen van zijn plan tot hem doordringt. Dat duurt dus veel te lang, omdat de lezer vanaf het eerste moment begrijpt wat er gaande is. Zeker moet de hoofdpersoon een verwarring ondergaan, maar dat hier is te breed uitgesponnen. Ook de ontknoping, waar blijkt dat Scant alles eigenlijk in de hand heeft gehad. Het verbaasde mij in geen enkel opzicht. Zijn uiterst merkwaardige gedrag voor een blinde geeft de lezer al snel de indruk dat hij dan God zelf wel zal zijn. En dat Gini dan ongetwijfeld naar de hemel is getransporteerd, begreep ik ook veel te vroeg. In deze ontdekkingen ben ik geen uitzondering op de gemiddelde lezer, geloof ik.
Wel mooi vond ik hun lang gehoopte herhaling van de liefdesdaad, waarmee bewezen wordt dat liefde de dimensies kan doorbreken. Ook goed beschreven vond ik Benny's gang naar de elektrische stoel, zeer realistisch. Er zijn nog wel een aantal passages die ik waardeer, ik bestrijd dan ook nergens de technische vaardigheid van deze auteur. Het is de intentie die mij doet afhaken als algemeen bewonderaar. Die intentie is er volgens mij een van het nodeloos nastreven van wereldverbetering, in plaats van een meer realistische berusting in het negatieve van het leven mét de genieting van het positieve. Niet slechts het negatieve onderkennen en daaraan voortdurend -en tevergeefs inderdaad- pogen te ontsnappen. Kortom: Van der Heijden is mij bepaald niet verwant, iets wat ik overigens al bemerkte toen ik, enige tijd geleden, De slag om de blauwbrug van zijn hand las.
Nog enige grieven. Het nieuwe van de wereld van een dag, wordt te langdurig uitgebuit. De auteur heeft er duidelijk plezier in gehad in de, mijns inziens foutieve, veronderstelling dat de lezer zich keer op keer laat verbazen. Iets wat in mijn geval eerder verveling heeft teweeg gebracht. De brief van Gini, vanuit haar gevangenis, vind ik een onrealistische kunstgreep, om de lezer impliciet haar twijfels omtrent hun daad kenbaar te maken. (Iets minder storend gelukkig dan in Een punaise in de voet van A. Koolhaas) Onrealistisch ten eerste vanwege de censuur waar de brief melding van maakt en ten tweede vanwege de titel van het hoofdstuk: 'Motief onbekend'. Als de censuur inderdaad de brief goed had gelezen, had hij zonder al teveel moeite ontdekt wat het motief van hun misdaad was, en zou de rechter hun plan verijdeld hebben. De blinde vertelt zelfs een geval waarin dit is gebeurd (p. 153).
Tot slot nog een positief geluid, want ik heb met dit boek een aantal prettige uren doorgebracht, en geenszins heeft het echte ergernis bij mij opgeroepen. Vandaar een citaat om mee af te sluiten. Een citaat dat zeker wèl mijn instemming krijgt.
"Wie zegt mij dat niet de aardse contrapuntiek van geluk en lijden, van euforie en verdriet voortreffelijker is dan de steriele vlam van uw hemel?" (p.24)
( Bron: http://www.leeservaringen.com/alle-ervaringen/heijden-a-f-th-van-der-het-leven-uit-een-dag/
)
Zelf toegevoegde samenvatting
Benny Wulf groeit op in een wereld waar het leven maar
één dag duurt. Hoewel de dag trager verloopt dan jij als lezer gewend bent, is
er geen tijd om iets in dit leven twee keer te doen. Benny ziet dus één keer de
zon opkomen, gaat één keer naar school en krijgt één keer een opleiding. Maar
dan ontmoet Benny Gini Trades en wordt hij stapelverliefd. Nadat Benny en Gini
met elkaar naar bed zijn geweest, en de aftakeling echt inzet, komen ze tot de
ontdekking dat wat hen betreft deze daad niet eenmalig moet zijn. Er is maar
één oplossing om nog een keer met elkaar naar bed te kunnen. Zorgen dat je
terecht komt in de hel, in de wereld van de herhaling. Daarom beramen Benny en
Gini een moord.
( Bron: http://www.lezenvoordelijst.nl/zoek-een-boek/nederlands-15-tm-19-jaar/h/het-leven-uit-een-dag/
)
Mijn mening over het werk
Verbazingwekkende en rare wereld waarin het zich afspeelt
zeg. Het onderwerp spreekt me aan. De gebeurtenissen in het boek zijn logisch
en nogal voorspelbaar. Je ziet al snel hoe het verhaal zal lopen. Dit vind ik
jammer, het hoeft niet totaal onvoorspelbaar te zijn maar iets meer mag toch
wel. De personages zijn niet heel voorspelbaar. Ze kunnen soms verassend handelen.
Dit vind ik prettig en spannend lezen. Het taalgebruik was niet moeilijk. Dit
vindt ik fijn, ik veracht mensen die denken dat hoe moeilijker je schrijft, hoe
meer het in de buurt van kunst komt. De stijl past wel bij het boek en de
personages.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten